Een week of 6 geleden kon ik in de tuin genieten van de prachtige zang van een winterkoninkje. Wat een geluid kan zo’n kleine vogel produceren. Omdat ik veel buiten heb gezeten deze zomer kon ik de werkzaamheden van het winterkoninkje goed volgen. Hij bouwde een nestje in de acacia die in een groot bloemperk in het midden van de tuin staat. Wat een ijverig beestje, af en aan vliegen met draden en takjes die wel vier keer zo groot waren als hijzelf. Ik zocht wat informatie over het winterkoninkje en las dat hij wel vier nestjes kon bouwen, om het vrouwtje te imponeren. Zij koos dan een van die nestjes uit om haar eitjes in te leggen. Ik moest dus afwachten of ze onze boom zou kiezen. Na een paar weken constateerde ik dat zij dat had gedaan. Heer koning verzorgde haar goed. Vol overgave vloog hij af en aan, met voer voor zijn vrouwtje. Het duurde in mijn ogen lang voor er actie kwam, maar vorige week hoorde ik toch echt een licht soort schrapen als het mannetje terug kwam met eten in zijn bekje. Dat geluid werd naarmate de dagen verstreken steeds sterker, en vandaag werd ik als het ware naar buiten getrokken door flink lawaai. Vader winterkoning zat op de houten afscheiding met de buren, te roepen dat het een lieve lust was. Zijn roep werd vanuit de boom beantwoord door evenzoveel geschetter. En jawel hoor, daar verschenen 2 mini winterkoninkjes, heel even bij de stam van de boom. Ze fladderden wat om de stam en verdwenen weer onder het gebladerte. De jongen kregen vliegles van pa en ma. Het doorzettingsvermogen en de onvoorwaardelijke zorg van het ouderpaar winterkoninkjes bezorgde mij een warm gevoel. Twee dagen later zijn de vogels gevlogen. Wat resteert is een leeg nest, met een uiterst kleine ingang. Hoe slim, want zo kunnen er geen grotere vogels in het nest komen. Wat is de natuur toch veel-zeggend.