Als ik op Wikipedia zoek naar de betekenis van Om Mani Padmé Hum, de mantra die ik momenteel dagelijks reciteer, zegt dat zelfde Wikipedia dat het een invocatie is, een aanroeping van de bodhisattvaAvalokitesvara, de bezitter van het Juweel-Lotus en nog een heleboel andere betekenissen, zowel historisch als godsdienstig. Dat zegt me niet zoveel en ik blijf bij de formule die Dane Rudhyar geeft in zijn boek Astrologie, aanleg en karakter uit 1950. Het is het ideaal van het hele levensproces. OM is de Monade van het Begin, de oorspronkelijke impuls van de cyclus ‘leven’. MANI verwijst naar de scheppende geest, naar het centrale ‘juweel’ dat het scheppende beginsel is (een zelfde betekenis dus als Avalokitesvara). PADME betekent lotus en symboliseert voleindiging, synthese, individuatie, de broederschap van het einde, waaruit de ‘Schoonheid’ of kwintessens van het levensproces, in één woord het bewuste, verrijst. HUM is de uitgestraalde zegen, het opgaan van het voleindigde lichaam in de kwintessens en het abstracte. Voor mij is de mantra er een van een diep voelen van de oorzaakloze oorzaak, diep in mijn binnenste, telkens weer. Het roept mededogen, vrede en harmonie in mij op, die de geestelijke weg terug begeleidt. Het is dus maar vanuit welk aanzicht je het bekijkt. Op Youtube zijn verschillende versies te horen, daar kun je voor jezelf luisteren en voelen of het iets voor jou is. Om Mani Padmé Hum.